De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) heeft in 2018 bij veel veehouders fosfaatrechten ingetrokken, omdat RvO van mening was dat een deel van het vee niet viel onder de definitie melkvee. Dat mocht niet, oordeelt de rechter nu. Dat betekent niet alleen dat deze veehouders hun fosfaatrechten terug moeten krijgen, maar dat het beleid van RvO dus ook niet klopt.
Herziening beschikking fosfaatrechten
Het stelsel van fosfaatrechten richt zich op landbouwbedrijven met bedrijfsmatig gehouden melkvee (diercategorie 100, 101 en 102). Fosfaatrechten zijn in principe niet bedoeld voor vleesveehouders. Toch kregen vleesveehouders ook te maken met fosfaatrechten, omdat voor het jongvee dat later een kalf krijgt, wel fosfaatrechten nodig zijn. De minister heeft dit recht proberen te zetten door de publicatie van de Beleidsregel fosfaatrechten jongvee. Hierin staat dat geen fosfaatrechten nodig zijn voor jongvee van vleesveehouders dat geen kalf krijgt. Wanneer RvO van mening was dat veehouders onterecht (teveel) fosfaatrechten hadden gekregen, kregen veehouders vorig jaar een ‘Herziening beschikking fosfaatrechten’. Ik schreef toen al dat wat mij betreft RvO überhaupt niet zomaar fosfaatrechten mag ‘herzien’ (klik hier om dat artikel te lezen).
Fosfaatrechten ten onrechte ingetrokken
De rechter is van oordeel dat de minister met de beleidsregel voor deze categorie jongvee een te beperkte uitleg aan het begrip “melkvee” in de Meststoffenwet geeft. Kortom, de beleidsregel deugt juridisch niet. Het argument dat fosfaatrechten moesten worden ingetrokken vanwege ontoelaatbare staatssteun, volgt de rechter ook niet.
Vleesveehouders fosfaatrechten terug
Dat betekent dat de vleesveehouders in deze procedure hun fosfaatrechten terugkrijgen. Hetzelfde zal RvO moeten doen voor andere veehouders die bezwaar of beroep hebben ingesteld over dit onderwerp. Heb je geen bezwaar of beroep ingesteld? Dan kun je RvO ‘ambtshalve’ verzoeken de fosfaatrechten alsnog terug te geven. Juridisch sta je dan wel minder sterk.
Maar…
Op de zitting is aan de orde gekomen dat één van de veehouders op 1 januari 2018 geen dieren meer hield op zijn bedrijf. Volgens de rechter moet RvO nog wel een standpunt innemen over de vraag of dit in de weg staat aan toekenning van fosfaatrechten. Zelf denk ik dat dit geen belemmering zou moeten zijn, maar dit kan dus nog een staartje krijgen voor die veehouders die op 1 januari 2018 geen vee hielden.
Beleid op de kop: chaos
Deze uitspraak betekent dus ook dat het beleid van RvO over fosfaatrechten niet klopt. Ik schreef eerder een blog over dit onderwerp en zette toen mijn vraagtekens er al bij. RvO stelt kort gezegd dat wanneer een rund geen kalf heeft gekregen op het moment dat het wordt geslacht, daarvoor geen fosfaatrechten nodig zijn. Achteraf blijkt dit onjuist en heb je daar dus wél fosfaatrechten voor nodig. Hopelijk komt de minister/RvO binnenkort met beleid dat wel juridisch op orde is.
De agrarische sector gaat mij aan het hart. Nieuwsgierig naar mijn achtergrond in de mooie sector en wat ik doe voor agrarisch ondernemers? Lees hier meer.
Vragen of opmerkingen? Bel of mail gerust vrijblijvend: 06 340 93 944 of info@nico-advocatuur.nl.